๐‘ฌ๐’•๐’‚๐’‘๐’‘๐’† ๐‘น๐’Š๐’†๐’•๐’Ž๐’๐’๐’†๐’ – ๐‘น๐’†๐’Œ๐’Œ๐’†๐’.

Voordat ik van start ging in Rietmolen, maakte ik eerst een korte tussenstop in Neede. Ik wilde graag eens kijken bij Natuurpark Kronenkamp. In 2019 stond dit project in de top 3 van genomineerden voor de Gouden Gelderse Roos. De voormalige rioolwaterzuivering van Neede was al sinds 2003 niet meer in gebruik. Een aantal Needenaren zagen kansen in het overwoekerde terrein met de vervallen gebouwen. Samen met de omwonenden maakten zij een plan voor een natuurpark. Zo is de voorgistingstank een winterverblijf voor vleermuizen geworden en een filter van 300 mยฒ functioneert nu als bezoekerscentrum waar de geschiedenis van Neede op 24 panelen wordt weergegeven. Hier is tevens de grootste vleermuizenexpositie van Nederland!

Er is op het veilig gemaakte terrein een heuvel gevormd met daarin een klein openluchttheater wat ook als klaslokaal kan worden gebruikt. Een stuk natuurvriendelijke spouwmuur bied een beschutte plek aan insecten, vogels en ook vleermuizen. Vanaf de uitkijkheuvel zie je meteen de prachtige vleermuis in het metselwerk. Sinds 2018 is dit alles een gemeentelijk monument, daarmee is de toekomst van dit project gewaarborgd. Mijn vader werkte een groot deel van zijn leven bij rioolwaterzuivering De Bilt. Als kind heb ik heel wat uren op dat terrein doorgebracht. Erg leuk om te zien hoe Neede dit stukje industrie heeft omgezet in een prachtig en functioneel natuurpark.

De bushaltes van Rietmolen zijn voorlopig niet bereikbaar. Ik stapte uit bij Brammelo Roerink aan de Eibergsestraat. Een klein stukje verderop, bij de Assinkweg, pakte ik de route op. De vorige keer liep ik namelijk al het beginstukje vanuit Rietmolen in tegengestelde richting. Toen ik van huis wegfietste was het precies 0ยฐC! Inmiddels stond de zon fier aan de hemel en kleurde de lucht helblauw. Op een doordeweekse dag kom je meestal niet heel veel andere wandelaars tegen. Dat vind ik eerlijk gezegd wel prettig. Dan kan ik me ongestoord helemaal onderdompelen in de natuur.

Al snel liep ik over prachtige kleine wandelpaadjes, al slingerend over Landgoed Het Lankheet. Het gebied is zoโ€™n 500 ha groot. Het bestaat voornamelijk uit naaldbos, heide, hoogveen en vennen. Het (provincie) grensoverschrijdende landgoed tussen Haaksbergen en Eibergen heeft een geschiedenis die teruggaat tot het jaar 1188. Anderzijds zie je hier ook de meest moderne technieken op het gebied van waterzuivering, energiewinning, multifunctionele klimaatbossen, houtteelt, jeugdeducatie en jeugdzorg, kunst en theater. Ik zie inderdaad veel nieuwe aanplant in het bos. Ik was wederom aangenaam verrast door de mooie omgeving. Deze โ€˜achterhoekโ€™ van de Achterhoek kende ik nog niet zo goed. Ergens in de verte hoorde ik twee vrouwen praten en lachen. Ze zaten op een prachtig plekje te lunchen, onder een grote boom aan de rand van de heide. Een eindje verderop volgde ik hun voorbeeld. Ik kan mezelf dan zo ontzettend bevoorrecht voelen.. Om zomaar op een doordeweekse dag op zoโ€™n fantastische plek in het zonnetje mijn verse boterhammen te kunnen eten. Wat hebben we het goed!

In Het Lankheet is in 1999 weer begonnen met โ€˜het op traditionele wijze bevloeien van graslandenโ€™. Zogeheten vloeimessen (halfronde ijzeren plaat aan een steel) worden gebruikt om het water in de vloeigoot te stuwen en zo geleidelijk over de graslanden te laten stromen. Het betreft een middeleeuws watersysteem waarbij lokale kwel -rijk aan kalk en mineralen- werd gebruikt om graslanden te bevloeien bij wijze van natuurlijke bemesting. Het opstuwen van water activeert het โ€˜verborgenโ€™ ondergrondse watersysteem. Bronnen โ€˜ontwakenโ€™, bodems van ooit drooggevallen beekjes vullen zich. Er zijn nog maar twee locaties in Nederland waar deze oude techniek wordt toegepast, op Het Lankheet en De Pelterheggen in Noord-Brabant. De techniek maakt dan ook officieel onderdeel uit van de nationale Inventaris Immaterieel Erfgoed. Met de komst van de kunstmest in de 20e eeuw is deze historische wijze van bemesten verdwenen. Het water moest nu juist van het grasland af om te voorkomen dat de dure kunstmest zou wegspoelen. Het grondwaterpeil daalde sindsdien enorm. Ik ga zeker nog eens kijken in het Twentse Waterpark. Vooralsnog is het Achterhoekse deel enorm genieten. Ik hoor allerlei vogels kwetteren en fluiten en zie de mooiste mossen en planten. Na even speuren heb ik de kloppende Bonte Specht gevonden.

Naarmate de wandeling volgde, werd het landschap meer open. Ik kwam langs boerderijen, ontdekte twee oude schuurtjes en liep een eindje langs de Koffiegoot. Officieel heet het beekje dat naar de Berkel stroomt de Middelhuisgoot. In de volksmond wordt het stroompje echter de โ€œKoffiegรถtteโ€ genoemd vanwege het bruine water, dat vanuit het Haaksbergseveen werd aangevoerd. Toch is het water niet vies. Waterschap Rijn en IJssel heeft in de Koffiegoot de zeldzame modderkruiper, bittervoorntjes, beekdonderpad en de beekprik gevonden. Mooi bewijs dat het water in de goot steeds zuiverder wordt!

Tot slot doemde in de verte de Piepermolen en kerktoren van Rekken op. De Piepermolen is vernoemd naar de familie Pieper die de molen van 1907 tot 1965 in bezit had. Nog een laatste foto van het prachtig nostalgisch bushokje gemaakt, inmiddels bekend als โ€˜Rekken Centraalโ€™. Het bushokje zoals dat eerder bij tbs-kliniek Oldenkotte stond, is helemaal in de oude GTW-kleuren teruggebracht. Het gietijzeren haltebord is een schenking van het ov-museum in Doetinchem. De Rekkense smid Tim Vos heeft er een passende paal voor gemaakt. Die is zwart gelakt, zoals ooit standaard was bij de GTW-bushaltes.

%d bloggers liken dit: